Draaien altijd maar draaien

Goedenavond kijkers, we hebben vanavond de minister in ons programma en voor we hem de gelegenheid geven het kabinet en niet in de laatste plaats zichzelf aan te prijzen even een paar kritische vragen.

- Ja meneer de minister, daar kunnen we niet omheen.

- Dat zijn uw woorden.

- Maar u begrijpt toch zeker wel dat de actualiteit ons gebiedt u nader aan de tand te voelen?

- Dat hebt u mij niet horen zeggen.

- Soedan dan. De minister van Defensie wilde daar op bezoek bij Nederlandse troepen die er een vredesmissie uitvoeren en hem is een visum geweigerd naar aanleiding van de film van Ome Wilders.

- Nee, dat is niet juist. Er is hem geen visum verstrekt.

- Maar dat is toch hetzelfde als een visum weigeren?

- Nou nee, ik zie daar toch wel een zekere nuancering in.

- Wilt u ons nou wijsmaken dat het aan de Soedanese bureaucratie lag dat de minister van Defensie zijn visum niet kreeg?

- Dat heb ik zo niet gezegd.

- Nee, dat klopt, ik stel die vraag.

- Dat is uw goed recht.

- Maar u geeft geen antwoord.

- Dat heb ik zojuist gedaan. Het is uw goed recht vragen te stellen.

- Meneer de minister, alstublieft, wat vindt u er van dat de minister van Defensie de Nederlandse militairen, die nota bene bijstand verlenen aan de Soedanese regering, gewoonweg niet kan bezoeken in dat godvergeten land?

- Nee, nee, de minister kan wel degelijk de troepen bezoeken.

- Hoe dan?

- Met een visum.

- Maar dat heeft hij dus niet.

- Jazeker, maar dat is iets anders dan dat hij de militiaren niet kan bezoeken. Ik constateer dat hij dat dus wel kan, de vraag is alleen wanneer?

- Godsallem...

- Let u niet op mijn collega. Wij laten u even een filmpje zien waarin een hysterische meneer het een en ander over Denemarken zegt. Er komt geen Deen meer Soedan binnen en ga zo maar door. Dit alles nog steeds vanwege de Deunse carteuns. Die hysterische meneer is de president van Soedan. Wat vindt u daar nou van?

- Het positieve aspect aan deze inderdaad betreurenswaardige situatie is dat de president van Soedan dit soort uitlatingen niet over Nederland heeft gedaan.

- Nee, dat lijkt me logisch, het zijn immers Deunse carteuns. Maar de vraag is...

- Slijmbal!

- Pardon?

- Oetlul, klepzeikerd, watje, Jan Jurk!

- Jeroen, hou daarmee op! Neemt u mijn collega niet kwalijk meneer de minister. Zijn emoties gaan even met hem op de loop.

- Dat zijn uw woorden.

- Meneer de minister, mede namens de hoofdredacteur van dit programma, onze excuses.

- Dat hebt u mij niet horen zeggen.

- Jeroen! Jeroen, laat los. Bewaking, trek hem van de minister af.

(De minister verlaat enigszins gehavend de studio. In de dienstauto begint zijn mobiel een klassiek deuntje te knerpen).

- Ja, ben jij dat Jeepee? Wat? Mooi hè, het ging precies zoals we het hadden gepland. Die beelden gaan de wereld over, gegarandeerd. De moslimleiders kunnen tevreden zijn. Hè? Nee, dat visum komt nog wel een keertje. Die Nederlandse militairen lopen heus niet weg.

 

Goedenavond kijkers, we hebben vanavond de minister in ons programma en voor we hem de gelegenheid geven het kabinet en niet in de laatste plaats zichzelf aan te prijzen even een paar kritische vragen.

- Ja meneer de minister, daar kunnen we niet omheen.

- Dat zijn uw woorden.

- Maar u begrijpt toch zeker wel dat de actualiteit ons gebiedt u nader aan de tand te voelen?

- Dat hebt u mij niet horen zeggen.

- Soedan dan. De minister van Defensie wilde daar op bezoek bij Nederlandse troepen die er een vredesmissie uitvoeren en hem is een visum geweigerd naar aanleiding van de film van Ome Wilders.

- Nee, dat is niet juist. Er is hem geen visum verstrekt.

- Maar dat is toch hetzelfde als een visum weigeren?

- Nou nee, ik zie daar toch wel een zekere nuancering in.

- Wilt u ons nou wijsmaken dat het aan de Soedanese bureaucratie lag dat de minister van Defensie zijn visum niet kreeg?

- Dat heb ik zo niet gezegd.

- Nee, dat klopt, ik stel die vraag.

- Dat is uw goed recht.

- Maar u geeft geen antwoord.

- Dat heb ik zojuist gedaan. Het is uw goed recht vragen te stellen.

- Meneer de minister, alstublieft, wat vindt u er van dat de minister van Defensie de Nederlandse militairen, die nota bene bijstand verlenen aan de Soedanese regering, gewoonweg niet kan bezoeken in dat godvergeten land?

- Nee, nee, de minister kan wel degelijk de troepen bezoeken.

- Hoe dan?

- Met een visum.

- Maar dat heeft hij dus niet.

- Jazeker, maar dat is iets anders dan dat hij de militiaren niet kan bezoeken. Ik constateer dat hij dat dus wel kan, de vraag is alleen wanneer?

- Godsallem...

- Let u niet op mijn collega. Wij laten u even een filmpje zien waarin een hysterische meneer het een en ander over Denemarken zegt. Er komt geen Deen meer Soedan binnen en ga zo maar door. Dit alles nog steeds vanwege de Deunse carteuns. Die hysterische meneer is de president van Soedan. Wat vindt u daar nou van?

- Het positieve aspect aan deze inderdaad betreurenswaardige situatie is dat de president van Soedan dit soort uitlatingen niet over Nederland heeft gedaan.

- Nee, dat lijkt me logisch, het zijn immers Deunse carteuns. Maar de vraag is...

- Slijmbal!

- Pardon?

- Oetlul, klepzeikerd, watje, Jan Jurk!

- Jeroen, hou daarmee op! Neemt u mijn collega niet kwalijk meneer de minister. Zijn emoties gaan even met hem op de loop.

- Dat zijn uw woorden.

- Meneer de minister, mede namens de hoofdredacteur van dit programma, onze excuses.

- Dat hebt u mij niet horen zeggen.

- Jeroen! Jeroen, laat los. Bewaking, trek hem van de minister af.

(De minister verlaat enigszins gehavend de studio. In de dienstauto begint zijn mobiel een klassiek deuntje te knerpen).

- Ja, ben jij dat Jeepee? Wat? Mooi hè, het ging precies zoals we het hadden gepland. Die beelden gaan de wereld over, gegarandeerd. De moslimleiders kunnen tevreden zijn. Hè? Nee, dat visum komt nog wel een keertje. Die Nederlandse militairen lopen heus niet weg.